Update uitzendbeding tijdens ziekte: toch wel einde dienstverband!

3 maart 2021

Enige tijd geleden hebben wij u geïnformeerd inzake het werken met uitzendbedingen, aangezien Gerechtshof Den Haag destijds heeft bepaald dat het uitzendbeding niet geldig is, indien een uitzendkracht zich ziek meldt.

Uitzendbeding tijdens ziekte

Het door Gerechtshof Den Haag gewezen arrest was baanbrekend in de flexbranche, aangezien het al jarenlang de bestendige praktijk was dat de uitzendovereenkomst bij ziekte automatisch eindigde door het uitzendbeding.

Uiteindelijk is er geen cassatie ingesteld, niet omdat het uitzendbeding in strijd zou zijn met het opzegverbod tijdens ziekte, maar wel omdat het uitzendbeding in de cao zich niet verdraagt met de wettelijke regeling in artikel 7:691 BW; het uitzendbeding kan namelijk alleen in werking treden op verzoek van een opdrachtgever en niet in het geval van een fictie (bijvoorbeeld als de uitzendkracht zich ziek meldt).

Toentertijd hebben wij reeds (onder meer) als tip gegeven om de opdrachtgever (te verzoeken) bij een ziekmelding van de uitzendkracht expliciet de terbeschikkingstelling te laten opzeggen, zodat (meer) wordt aangesloten bij artikel 7:691 BW.

Daarnaast hebben wij organisaties in de flexbranche destijds geadviseerd meer te gaan werken met kortdurende detacheringsovereenkomsten, die tevens het voordeel met zich meebrengen dat i) door de uitsluiting van de loondoorbetalingsverplichting en ii) door de besparing op de reservering voor kort verzuim en wachtdagcompensatie, deze in de regel goedkoper zijn dan een uitzendovereenkomst met uitzendbeding, zeker indien de organisatie ook nog eens eigenrisicodrager is.

Tot slot kon er bijvoorbeeld worden gedacht aan het opnemen van een einddatum in een uitzendovereenkomst met uitzendbeding, zodat in ieder geval geen sprake zal zijn van een contract voor onbepaalde tijd.

Update

Recent heeft Rechtbank Rotterdam echter bepaald dat een beroep op het uitzendbeding tijdens ziekte wel degelijk rechtsgeldig is, indien de opdrachtgever te kennen geeft de opdracht te eindigen.

Hierbij is van belang dat ten aanzien van het uitzendbeding uit de wetsgeschiedenis namelijk blijkt dat een opdrachtgever om welke reden dan ook de inlening mag eindigen, dus ook vanwege ziekte. Daarnaast is tevens van belang dat de zaak bij Gerechtshof Den Haag handelde over het uitzendbeding in de cao (dat zich in het geval van ziekte dus niet verdraagt met de wettelijke regeling in artikel 7:691 BW), terwijl het in onderhavige zaak ging over het tussen partijen overeengekomen uitzendbeding (conform artikel 7:691 BW).

De 'soep lijkt derhalve niet zo heet te worden gegeten als zij wordt opgediend', aangezien de uitzendovereenkomst tijdens ziekte nog steeds kan worden beëindigd indien de opdrachtgever de inlening eindigt. De werking van het uitzendbeding is dus waarschijnlijk niet zo beperkt als werd aangenomen, maar er dient wel een extra stap te worden genomen door de opdrachtgever (te verzoeken) bij een ziekmelding van de uitzendkracht expliciet de terbeschikkingstelling te laten opzeggen, zodat er (meer) wordt aangesloten bij artikel 7:691 BW.

Kortom: het werken met uitzendbedingen staat dus iets minder onder druk. Mocht u nog vragen hebben over het uitzendbeding (tijdens ziekte) of heeft u anderszins nog vragen over flexibele arbeid, neem dan gerust contact op met een van de flexspecialisten van Pellicaan Advocaten. Wij denken graag met u mee.